Zo stond ik aan een afgrond die niet van mij was en ik moest er langs, er overheen of wat dan ook, de afgrond blokkeerde mijn leven, dus ik nam een grote sprong, want ik zag een sterke overkant waar het klopte. Ik sprong en heel hard viel ik te pletter.

Van bovenaf gezien stond ik op een grote cirkel met een harde breuklijn. Een letter C dus, waarbij de afgrond de ruimte tussen de uiteinden van de letter was. 

Men heeft mij van de grond geschraapt en in drie maanden opgelapt. Ik was toen 18. Geen enkele medicatie werkte toen. Tot ik er lithium bij kreeg. Daar reageerde ik wel op. “Dit moet je de rest van je leven slikken want je hebt een stemmingsstoornis. En ja die psychose.. Dat hoort ook bij deze stoornis.” Ik nam het voor waar aan.

Toen ben ik de andere kant van de letter C op gaan lopen, maar elke keer weer probeerde ik diezelfde sprong bij die afgrond te wagen. Ik viel totaal 5 keer. Met vijf keer een psychose.

Na die vijfde keer was ik die afgrond zelf geworden. Ik bleef daar. Ik koos ervoor dat dat mijn grond was. En dieper dan dit kon ik niet gaan. Ik ging de afgrond bewerken, vullen, er trappen bouwen. En bordjes plaatsen voor anderen. ‘Kijk uit, het is hier diep en gevaarlijk.’

Ik leerde mijn vallen kennen en ik ontdekte via de verhalen van anderen die ook waren geduwd, dat de valpartijen allemaal gezonde reacties waren. En dat de overlevingsreacties nu we in deze afgrond stonden niet meer nodig waren. Met elkaar gingen we deze afgrond inrichten als een leslokaal. We hingen lampjes op en op een zeepkist kreeg iedereen om beurten een podium om het eigen verhaal te vertellen en samen rond te maken. Alsof iedereen oefende te leren vliegen, om ooit dat grote ravijn boven onze hoofden te kunnen oversteken. Dit waren de jaren dat ik als ervaringsdeskundig coach bij Howie the Harp werkte. Daar hielp ik anderen hun eigen zeepkist te bouwen, zodat ook zij hun ware verhaal leerden uitdragen.

Via hen en al hun zeepkisten en de trap die ik naar boven maakte, kwam ik weer bij diezelfde scherpe richel uit. En daar hielp ik iemand anders naar de overkant. Ze sprong, had zelf voor de dood gekozen en zei me vooraf: Jeroen, ik weet zeker dat ik de overkant haal. Ik heb zoveel rust en vertrouwen! En voor het eerst voelde ik dat ook. Wat een vertrouwen en hoop gaf dat.

Ik liet haar los en ging weer lopen over die letter C, steeds met de gedachte, ik loop goed. Mijn leven hoe het begon en mijn leven hoe het eindigt, ze zijn een punt op dezelfde cirkel. 

Toen kwam ik aan bij de andere kant van de afgrond. Ik herkende de overkant en de plek waar ik 27 jaar eerder was gevallen. Nu vanaf de andere kant gezien.

Inmiddels strompelde ik van de pijn. En ook op dit punt viel ik naar beneden. Maar de landing was zacht. En men schoot direct te hulp. Of ik pijn had? “Jazeker”, zei ik. “Ik heb een lange weg afgelegd, maar ik herken de plek. Dit is hetzelfde verhaal.” En men besloot dat deze pijn lichamelijk is. Ik had jicht gekregen. En dat was ook zo, alles wees erop.

En bij een tweede jichtaanval, een paar maanden later ging ik op zoek en googlede ik jicht+lithium. Ik was er zo klaar mee. Ik vond het zo oneerlijk. Nu heb ik mijn cirkel rond en kan ik niet meer lopen, is dit mijn leven? 

Wat ik zag op wikipedia? Men beschreef dezelfde valpartij vanuit twee perspectieven: De letter C was nu echt één gesloten cirkel geworden. Een en hetzelfde verhaal. Mijn logica sloot het verhaal af en meteen trapte mijn ego de deur open: ik heb gewoon gelijk! En wat een verdriet kwam er los. Om al die jaren te hebben gelopen met een waar verhaal dat maar half werd erkend of gezien.

Na 27 jaar paste dit stukje kennis er precies tussen. Maar dan ook echt precies. Met een dynamiek op celniveau. Zo’n klein ontbrekend stukje was dit dus. En tegelijkertijd oneindig groot vanwege de sprong in logica die ik nu eindelijk kon maken.

Destijds was mijn heftige valpartij dus geen stemmingswisseling! Het was het halve verhaal! En nu sta ik 27 jaar later met een ander half verhaal in mijn handen. Samen is het waar, los zijn het twee halve waarheden en daarmee twee leugens. Dit moet de hele wereld toch weten?

Destijds was het een lichamelijke reactie op stress in combinatie met een duw van iemand anders, mijn vader, in zíjn afgrond. En ik had te leren wat mijn afgrond was. Zijn trauma en mijn trauma. Een symbiose. Tegelijkertijd was die valpartij een lichamelijke reactie waarin de stof noradrenaline een grote rol speelt. 

Deze lichamelijke reactie is dus ook veerkracht op celniveau, chemische verbindingen die energie aanmaken om te leren, informatie te onthouden, om het lichaam te laten herstellen van een stressvolle gebeurtenis. En die was er geweest toen ik 18 was. Drie jaar ervoor heb ik mijn moeder zien sterven.

De citroenzuurcyclus, die tweemaal wordt doorlopen. Het staat er echt. Het is een metabolisme, als kettingreactie van oorzaak = gevolg. En die reactie genereert energie. En dat was precies de bedoeling geweest. Dit was destijds dus een gezonde reactie.

Energie om een grote sprong te kunnen maken. Om trauma te helen. Om alles te onthouden, zodat ik het 30 jaar later kan uitleggen. Om elk detail van deze lange weg in me op te nemen. Om elk verhaal van anderen die ik ontmoet ook in me op te nemen. Onthouden wat van belang is om mee te nemen. Destijds was het een energie-impuls die me zou helpen om een gezonde positie in te leren nemen ten opzichte van mijn ouders. Een voorraad brandstof op een spiritueel pad. Of gewoon gezegd: de weg van het leven zelf.

En die sprong destijds was wel degelijk geslaagd. Alleen zag men om mij heen dat niet. Men vond dat ik diep gevallen was, ziek was. Een probleem had. Maar niemand had de duw gezien. En de persoon die duwde. Hoe ziek deze was. En ik had dat al die tijd wél gezien, altijd al. Want ik kende hem, ik doorzag hem en ik werd te sterk en te groot en te gevaarlijk voor hem. De persoon die mij juist had te beschermen was het gevaar. Ik maakte me ook nog zorgen om hem, want ik voorvoelde dat hij ook onderuit zou gaan, wat vier jaar later ook gebeurde. Hij kreeg een psychose, deed een suicidepoging en durfde toen voor het eerst te vertellen dat hij op mannen viel en een dubbelleven leidde.

1992. Ik kan me ook nog herinneren hoe hij me uit het huis heeft willen duwen toen ik 17 was en ik helder bij geest dacht: hee maar dat gebeurt niet! Ik heb geen voordeursleutel bij me en geen geld. En dus ontworstelde ik me letterlijk uit die situatie en vluchtte naar de zolder, naar mijn kamer en de deur op slot. Hoe symbolisch ook. Want een sleutel heb ik nu wél. En ook het geld is niet meer een probleem.

2020. Ik heb dus jicht en leg het verhaal zo goed als ik kan de reumatoloog voor. Die andere kant van de letter C, het verhaal van trauma, het vallen en de diagnose bipolair en de lithium. En ik zoek contact met mijn ogen richting haar ogen. Een weg van 27 jaar uitleggen als één kloppend verhaal, dat lukt me toch nooit? Zou ze het aannemen? Dat de valpartij toen en de lichamelijke pijn nu ontstaan vanuit dezelfde lichamelijke principes?

Mijn houding was nu gelukkig niet vragend maar stellend. Ze zou het eens gaan nalezen beloofde ze me. Want hoe raar, als jicht en de bipolaire stoornis zo verwant zijn aan elkaar (voor beide schreef /schrijft men lithium voor) hoe kan het dan dat bij de anemnese gevraagd wordt naar reuma aandoeningen in de familie, maar niet gevraagd wordt naar de bipolaire stoornis in de familie?  Want in mijn gezin van herkomst hebben drie leden dat.

Maar het is dus veel meer dan een mentale stemmings stoornis. Het is ook een lichamelijke reactie op celniveau. Het maakt energie aan om nog meer vastgezette energie los te maken om los te komen van trauma. Om ook uit een transgenerationeel patroon los te komen. Het is de start van een herstelcirkel die tweemaal doorlopen wordt. Dat je bij wijze van spreken je eigen citroencyclus kan worden. Niet alleen in je cellen, maar in je hele leven. Een lange keten aan complexe gebeurtenissen die allemaal kloppend zijn, om iets kloppend te krijgen. En achteraf gezien is het dus altijd kloppend geweest. 

Wat men in de GGZ niet kan zien omdat men zelf nog in de nachtmerrie zit, is het verhaal na de nachtmerrie. waarmee je kan duiden dat de patronen in het zware zwarte stuk niet alleen symptomen zijn van ziekte, maar herstelprocessen in heling. Een blaar bij een brandwond is verzachting en herstel van beschadigd weefsel nadat de huid zich ergens aan heeft gebrand. De blaar is daarmee geen ziekte op zich. Waarom denken we dat met psychische kwetsbaarheid dan wel? In plaats van te kijken naar de persoon die brandgevaarlijk heet is en de ander doet verschroeien geeft men de ander een label blaarstoornis en geeft men medicatie tegen vochtophoping.

Psychische ontregeling kan een stap in transformatie zijn. Ook een cirkel.

Gedachtengoed en afbeelding: Jacob van Wielink

Gisteren keek ik voor het eerst dit filmpje. Het gaat over psychopathie. En ja dit was de beste omschrijving van mijn vader. Hoe hij is, hoe hij duwde, hoe ziek hij is en hoe charmant hij kan overkomen. Hoe brandgevaarlijk hij is.

Ik omarm elk woord van deze 42 minuten en herken alles wat de spreker zegt. Het beukt in mijn hoofd en ik voel de bodem van mijn zijn. Het is volbracht. De cirkel rond. Mijn les geleerd. De basis gelegd. De ander is ontmaskerd. En gelukkig, ik leef nog. En ik mag een masker op doen. Me eindelijk verschuilen achter de waarheid, want de waarheid loopt vol trots voor me uit.. en als ik óók lichamelijk hersteld ben, dan pas zal ik volgen.

Op 7 oktober 2018 heb ik nog één keer bij de oorspronkelijke scherpe afgrond gestaan. Ik reed er dit keer met de auto naar toe. Om afscheid van mijn vader te nemen. Ik had een voorspellende droom gehad en huilend werd ik wakker: laat dit alsjeblieft werkelijkheid zijn. En dus ging ik de droom uitvoeren en werd deze werkelijkheid.

Ik gaf hem een knuffel en legde kort uit en zei: “Ik laat mijn leven niet meer lenen voor jouw leugens.” Ergens had hij het gevoeld, dat ik dit met liefde zei. En in dat moment kon hij het aannemen. Alles wat ik had geleerd als hulpverlener, als client, als mens en als zelf vader zijn, zette ik in dat moment in. Ik erkende hem als de grote en ik was de kleine en ik zei hem dat ik mijn last die van hem is, teruggeef. En ik gaf hem een zwaar cadeau. Een witte grote hand. En toen ben ik omgedraaid, van hem weggedraaid. En ik zei nog: nu heb ik je in mijn rug en kan je kijken hoe ik mijn leven loop met jou in mijn rug. Dat is een fijn idee want er staat niets meer tussen ons. Dat voelt veilig. En in dat moment was dat ook zo.

En zo nam ik afscheid en ik zwaaide nog even voor ik zijn voordeur sloot. 

Hij heeft me een jaar later onterfd. Als poging om me te triggeren, zodat ik weer bij hem terug zou komen. Dat was zijn manier om te laten weten dat hij vader is, dat hij kan beslissen wie wel of niet zijn geld krijgt. Ik werd aan alle kanten getriggerd. En ik ben niet in beweging gekomen. Al helemaal niet zijn kant op. In plaats daarvan heb ik het erfdeel van mijn moeder opgeëist dat hij voor mij zou bewaren. Iets wat hij de rechter had beloofd toen ik zestien was. Waarop ik ook had geantwoord tegen de rechter dat ik mijn vader volkomen vertrouwde. En dus was er recht gesproken. Hij heeft het opgemaakt en noemde me een geldwolf.  En dat was voor mij de bevestiging. Ik heb er goed aan gedaan hier afstand van te nemen.

Het bleek nodig te zijn om opnieuw die afgrond er tussen te zetten, zodat de negatieve dynamiek mij niet meer zou bereiken. En dat lukte me niet. Er bleven berichten komen. Toen besloot ik de politie in te schakelen. Dezelfde mensen die mij eerder hardhandig hadden opgepakt en mij naar de GGZ hadden gebracht. Op mijn verzoek heeft een wijkagent bij mijn vader mijn bericht overgebracht dat ik geen contact wil, dat ik daar ziek van wordt, dat het voorbij is. 

En daarmee kwam ik in de krant. Op een zeepkist. https://www.volkskrant.nl/mensen/stop-met-streven-naar-genezing-mensen-zoals-ik-maak-je-niet-beter-en-moet-je-niet-willen-redden~be3b3aaf/  

Dat is mijn werk nu, om dit grote verhaal te vertellen. En ik ook daar los van leer komen. Want het grote verhaal is niet wie ik ben. De afgelegde weg zit helemaal in mijn systeem en die potentie mag er langzaam uit komen. Als overtollige energie mag met elk woord afvloeien. En dat is waar mijn lichaam mij mee helpt. Door hier en daar de boel te blokkeren en kristallen neer te laten slaan in mijn gewrichten.. Vraag niet hoe of waarom? Maar alles in mij zegt, dan geleidt de energie beter, op de plekken waar je nog blokkeert. En dat noemt men jicht als men naar het kichaam kijkt en bipolaire stoornis in een eerder stadium van deze cyclus als men het geestelijk bekijkt.

Op dit moment is er vooral pijn bij mijn achillespees en heb ik hoofdpijn met het schrijven van deze woorden, na het zien van de video over psychopathie. Het komt hard aan. Een klap die ik incasseer en daarmee alles in de juiste ordening zet. Mijn hoofd maakt onbewust overuren. Gaat alle lijntjes en verbinden op die grote cirkel weer even langs. Om overal met terugwerkende kracht energie pakketjes af te leveren. Bordjes met ‘veilig’, ‘kloppend’ en ‘waar’. Want dat helpt mij om rustig mijn weg te vervolgen.

Voorbij de afgrond

Eén gedachte over “Voorbij de afgrond

  • juni 26, 2020 om 11:38 am
    Permalink

    Prachtig verwoord en verbeeld proces van ervaringen en er van leren. Ook zo hoopgevend en funderend.

    Helaas maakte mijn zoon een ander proces door, van steeds grotere wanhoop. Én een steeds meer trekken richting vader.

    Mooi zoals je proces van afsluiten contact vader beschrijft en je verder gaan. Verhaal video Jan Storms, ook herkenbaar en inzichtgevend. Goede video, ken zijn boek. Heb wat moeite met de inhoud boek m.b.t. tot de overmaat aan DSM-diagnoses die hij daarin opvoert. Veel herkenbaars in video.

    Beantwoorden

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *